Lijken in de kluis van de Onderlinge van 1719?

Ons hoofdkantoor, gebouwd in 1870, bevat een grote muurkluis. In deze kluis staat een grote kist op een rail en daarin bevindt zich een loden binnen kist. Om bij de spreekwoordelijke schat in die kist te komen zijn vier sleutels nodig.

In 2022 werken we met persoonsgebonden tags en passen om mensen binnen te laten of buiten te sluiten, maar ook om te weten wie wanneer binnen is geweest.

Bij de Onderlinge werden vanzelfsprekend de waardepapieren goed bewaard. De contributie van de leden ging wekelijks in de loden kist. Elke zaterdagochtend en later elke vrijdagavond waren drie vinders, leden van de bos die konden lezen en schrijven, samen met een lid van het bestuur van de Onderlinge op het kantoor om alle contributies te innen en de leden administratie bij te werken.

Een kasboek, een contributieboek en het bosboekje van de verzekerde werden consequente allemaal bijgewerkt op het moment van betaling. De bestuurder hield toezicht op de werkzaamheden. Elk van deze vier mannen had een sleutel. De drie vinders hadden elk een sleutel van de kist, de bestuurder had de sleutel van de kluis. Alle vier waren zij nodig voor het openen van de kluis. Risicomanagement in optima forma. Bovendien werd elke drie maanden een van de vinders vervangen want zij mochten niet langer dan negen maanden dienen. Een bondje sluiten werd daardoor flink bemoeilijkt.

Wij hebben dan ook geen lijken in de kluis, wel dossiers en waardepapieren. Ik blijf het bijzonder vinden dat ook in de 18e eeuw over bijvoorbeeld het voorkomen van fraude op een zo goede wijze werd nagedacht.

In alles Ghetrou.